Ontwerpprincipe 2

Principe 1: Observeer en reageer
Principe 3: Zorg voor opbrengst
Principe 4: Pas zelfregulering toe en aanvaard feedback
Principe 5: Gebruik en waardeer hernieuwbare grondstoffen en diensten
Principe 6: Produceer geen afval, maak kringlopen
Principe 7: Van patronen naar details
Principe 8: Verenig eerder dan te scheiden
Principe 9: Pas kleine en trage oplossingen toe
Principe 10: Gebruik en waardeer diversiteit
Principe 11: Gebruik randen en waardeer de marge
Principe 12: Wees creatief in het omgaan met of het reageren op veranderingen

Vang energie en sla ze op

Droog het hooi terwijl de zon schijnt


Energie stroomt ons terrein in en uit. Wij willen er door ons ontwerp voor zorgen zoveel mogelijk energie op te slaan om later te gebruiken als er minder binnenkomt of als we extra’s nodig hebben. Een belangrijke vraag bij het ontwerp is: ‘Hoe kan ik best de energie opslaan en gebruiken voor ze mijn terrein verlaat?’

Het icoontje

Het icoontje staat symbool voor het opslaan van het seizoenoverschot. En het geeft aan dat alle leven direct of indirect afhankelijk is van de zonne-energie die door groene planten wordt opgevangen.

Foto: Yggdrasil

Energiewetten

Het begrijpen van de energiewetten was fundamenteel bij de ontwikkeling van het concept permacultuur. Energie is de drijvende kracht achter alle natuurlijke en menselijke systemen. Zo is voedsel de belangrijkste energiebron die wij én de dieren opnemen uit onze omgeving. Energie stroomt en neemt hierbij steeds af in kwaliteit. Maar levende systemen zijn in staat een deel van de energie die ze opslaan om te zetten in energie van hogere kwaliteit.

Energiebronnen

Er zijn meerdere natuurlijke energiebronnen die voor iedereen beschikbaar zijn. We moeten er enkel aandacht voor hebben. Voorbeelden hiervan zijn zon, wind, water, biomassa en afval, vooral organisch, van onze hedendaagse maatschappij.

Het natuurlijk kapitaal herstellen

Het onderscheid tussen ‘bronnen’ en ‘opslag’ is soms vaag. Wat opslag is voor het ene, is soms bron voor het andere. In permacultuur focussen we op vier manieren van opslag die we van de natuur leren. Dit zijn water, levende bodem, bomen en zaden.

In de gematigde gebieden is de bodem de belangrijkste opslagplaats voor nutriënten. Een levende bodem met een goede structuur en een hoog gehalte aan organische stof kan een grote hoeveelheid water, mineralen en koolstof stockeren.

In tropische systemen zijn langlevende bomen de meest stabiele, levende bron van nutriënten.

In elk geval is de opslag van koolstof zowel in de bodem als in de bomen afhankelijk van de primaire opslag van koolstof in groene planten door fotosynthese.

Opslag van koolstof in planten

Bomen zijn een belangrijke opslagvorm van koolstof omdat ze de hoeveelheid koolstof kunnen laten toenemen in hun biomassa over een periode van honderden jaren. Koolstof in onze voedselgewassen levert ons ook lichaamsenergie. Daarnaast voeden dieren die wij als voedsel kunnen gebruiken zich met de koolstof in gewassen. Heel wat planten leveren materiaal voor divers gebruik zoals papier, kleren, meubels, hernieuwbare energie voor verwarming, koken en zo meer.

Opslag van koolstof in doorlevende planten, vooral bomen, is daarom heel belangrijk in permacultuur, ook in gematigde streken.

De bodem

Een waardevolle koolstofopslag is mogelijk wanneer we plantaardig materiaal de kans geven te vergaan in de bodem. Organisch materiaal wordt brandstof voor micro-organismen in de bodem. Zij zijn op hun beurt cruciaal voor de cyclus en beschikbaarheid van plantaardige voedingsstoffen. Een deel van de koolstof in het organisch materiaal wordt omgezet in stoffen die de capaciteit van bodems verhogen om nutriënten, water en zuurstof vast te houden. Onder gunstige omstandigheden kunnen deze bodems stabiel blijven gedurende honderden of duizenden jaren.

Naast organische stof is de mineralenbalans in de bodem belangrijk voor de productiviteit en de kwaliteit van onze voeding. Het gebruik van rotsgesteente of lava is een goede manier om de mineralenbalans terug in evenwicht te brengen.

Zaden

Ook al gaan we meer doorlevende planten telen, de eenjarige en tweejarige voedselplanten blijven belangrijk voor ons onderhoud. De meeste van deze planten produceren een grote hoeveelheid zaden. Deze zaden bewaren en regelmatig opnieuw uitzaaien is een van de belangrijkste voorbeelden van het opvangen en opslaan van energie. Ook het bewaren van de genetische diversiteit van doorlevende planten is een belangrijke vorm van opslag van energie.

Water

Water is een van de bronnen die verdwijnen als je ze niet gebruikt. Water is bij ons niet zo schaars maar in droge perioden is het nodig over een voldoende voorraad te beschikken. Hiervoor kan je een poel aanleggen of waterreservoirs voorzien. Door bodembedekking te gebruiken beperken we de verdamping en stroomt het water bij zware regenval niet af maar dringt het in de bodem. Zo blijft het beschikbaar voor de planten, vooral als de bodem levend is. Zo is er minder noodzaak om water te geven.

Belangrijke kenmerken van natuurlijk kapitaal

Water, levende bodems, bomen en zaden hebben de volgende belangrijke kenmerken in functie van een duurzame toekomst met lage energie-input:

  • er is een zekere mate van zelfbehoud: bomen, zaden, water, een levende bodem houden zichzelf in stand zonder onze tussenkomst.
  • er is een geringe kwaliteitsvermindering:
    • timmerhout in volwassen bossen van langlevende bomen vermindert zeer langzaam in kwaliteit.
    • sommige zaden zijn gemakkelijk lang te bewaren en sommige blijven tachtig jaar of langer kiemkrachtig in de grond.
    • water behoudt zijn zuiverheid en houdt de bodem gezond, voor zover mensen er zich niet mee bemoeien.
  • ze zijn gemakkelijk in gebruik te nemen zonder gespecialiseerde of dure technologie:
  • in de loop van de geschiedenis hebben water, vruchtbare grond, timmerhout en zaden altijd rijkdom betekend in alle culturen, ook zonder hoog technologische machines om er gebruik van te maken.
  • ze hebben een goede weerstand tegen monopolisering en beschadiging: verspreide opslag maken gecentraliseerde en onrechtvaardige controle moeilijker. Dit is zeker het geval voor zaden ondanks de enorme inspanningen van de agrobusiness.

Samengevat

Zonne-energie wordt opgevangen en in een bruikbare vorm omgezet door groene planten. In onze klimaatzone is de zorg voor een vruchtbare bodem een belangrijk aandachtspunt, dit wil zeggen een bodem die veel organische stof bevat en een goede mineralenbalans heeft. Dit kunnen we bereiken door veel plantaardig organisch materiaal op de bodem aan te brengen en rots- of lavagesteente te gebruiken.

Toch zijn doorlevende planten, vooral bomen, belangrijk om over langere termijn energie op te slaan die later oogstbaar zal zijn voor diverse doeleinden.

Om in ons onderhoud te voorzien zijn ook eenjarige en tweejarige planten noodzakelijk. Door ze toe te laten zich telkens opnieuw uit te zaaien of door zelf zaad op te slaan en regelmatig te zaaien zorgen we ervoor dat deze zaadlijn behouden blijft en toegankelijk voor iedereen. Van doorlevende planten proberen we eveneens de genetische diversiteit te bewaren.

Water is in onze streken nog vrijelijk beschikbaar. Toch is het goed regenwateropvang te voorzien en het niet te laten wegvloeien voor het meerdere kringlopen heeft doorgemaakt op ons terrein.

Enkele andere voorbeelden

Wind: gebruik van een wasdraad om de was te drogen.

Zon: warmtekring of zonnevang, kruidenspiraal, gebruik van stenen in de tuin, passiefhuizen en aardehuizen.

Biomassa: mulch, levende bouwsels, vlechtwerken, compost, takkenril.

Water: regenwaterreservoirs, poelen, swales.

Afval van de consumptiemaatschappij: karton, plastic potten.

Voedsel: inmaken, fermenteren, fruitsap maken.