Een beetje theorie….
In ‘Permaculture. A Designer’s Manual’ van Bill Mollison staan als inleiding op hoofdstuk 4 over het begrijpen van patronen, de volgende citaten, hier vertaald uit het Engels:
‘De curve beschreven door de aarde als ze draait is een spiraal, evenals het patroon van haar beweging rond de zon … Het zonnesyteem, zelf onderdeel van een galactische spiraal, beschrijft ook een spiraal bij zijn beweging. Ook in geval van een cirkelbeweging is het totale pad een spiraal als je de tijdsdimensie toevoegt … Myriaden van dingen zijn voortdurend aan het bewegen in spiraalvorm … en wij leven in die spiraalbeweging.’
Hiroshi Nakamura, from Spirulina: Food for a Hungry World, USA)
‘ Al wat de kracht van de wereld doet, wordt uitgevoerd in een cirkel … De wind, bij zijn grootste kracht, wervelt … het leven van een mens is een cirkel van kindsbeen tot kindsbeen en zo gaat het met alles waar kracht beweging brengt. Onze tipi’s zijn rond gelijk de nesten van de vogels en ze worden altijd in een kring geplaatst, de hoop van het volk, een nest van vele nesten…’
Black Elk
Wat zijn patronen?
Bill Mollison schrijft in zijn boek ongeveer het volgende: Natuurlijke patronen zijn vormen die de meeste mensen verstaan en zich kunnen herinneren. Patronen zijn even gemakkelijk te onthouden en herhalen als een liedje. Het zijn ritmes. Overal rondom ons zien we patronen: golven, zandduinen, bomen, gedrag van dieren, groeiwijze van planten, zelfs onze eigen lichaamsbouw. Wanneer we de basispatronen van natuurlijke fenomenen begrijpen of doorzien bezitten we een krachtig hulpmiddel voor onze planning en ontwerpen, kennis die in vele disciplines toepasbaar is.
Het zijn de patronen die ervoor zorgen dat elementen in elkaar grijpen en functioneren in relaties. Het patroon is essentieel voor permacultuur. Natuur is onnauwkeurig rond, nooit vlak of vierkant. Natuur is vloeiend, vliegend, wervelend, draaiend, ogenschijnlijk wanorde. Natuur is ver van precieze meting, enkel te vatten als gevoel en systeem. Niets van wat we observeren is exact en nauwkeurig, ten dele omdat we onnauwkeurige waarnemers zijn. Zo blijkt niets constant en onveranderlijk te zijn.
De waarheid verandert
De waarheid wisselt met de informatie. Daarom beschouwt hij het als een belangrijke opdracht om op zoek te gaan naar een meer algemeen begrip van natuurlijke patronen om meer algemene modellen te ontwerpen en als voorbeelden van natuurlijke fenomenen die dergelijke modellen demonstreren. Er is nood aan een discipline die toepasbaar is op diverse terreinen zoals geologie, geografie, muziek, kunst, astronomie, economie … En uiteindelijk moeten we een leidraad krijgen voor het toepassen van natuurlijke patronen in ons dagelijks leven. Een grondpatroon is toepasbaar in een breed veld van fenomenen, zowel complexe als eenvoudige. Zo’n belangrijk basispatroon is voor hem de boom, waaruit o.a. spiralen ontstaan.
Vertrekkend van een doorsnede van een boom, van kruin tot wortels, krijg je een heel gamma patronen naargelang de plaats en de richting waarin je de doorsnede maakt. Het zijn geen rechte lijnen maar curven die in elkaar grijpen, spiralen, fractalen …
Grenzen (=randen) zijn belangrijk
Door deze patronen is er meer wisselwerking mogelijk tussen verschillende gebieden. We kunnen de vorm, de omvang en herhaling van een rand, een oppervlakte of een grens variëren. Een ronde poel heeft minder contactpunten tussen land en water dan een poel met dezelfde oppervlakte maar met afwisselend inhammen en uitstulpingen (zie tekening hieronder).
Waar een grens twee verschillende dingen verdeelt, is er mogelijkheid voor uitwisseling en overdracht. Waar de grens moeilijk te overschrijden valt, waar hij een net vormt, stapelt er zich van alles op. Bij nauwkeurige observatie van elke natuurlijke opstapeling van deeltjes, zien we dat ze zich bevinden aan randen, oppervlakten of verspreid in elkaars nabijheid als afval tegen een afsluiting. We kunnen dit gebruiken om een hogere opbrengst te verkrijgen.
Randen, oppervlakten en grenzen bieden meer mogelijkheden door voortdurende uitwisselingen of door constante opstapeling. Woonplaatsen en activiteiten hebben voordeel van een ligging bij randen. Daarom is het aanbrengen van verschillen in een systeem een manier om opbrengst te vermeerderen. Het laten verdwijnen van verschillen in landschappen is het wegnemen van mogelijke bronnen en hulpmiddelen. Wisselwerking op de grenzen vormt een groot deel van de overdracht en energie-uitwisseling in de natuur en in ons leven. Het lijkt of verschillen overdracht doen ontstaan. Die overdracht gebeurt vaak door iets wat speciaal aangepast is aan de overgangszone, iets wat noch tot de ene kant noch tot de andere behoort. In randen verschijnen bv. planten en dieren die typisch zijn voor die overgangssituatie. Zij zijn de bemiddelaars. We kunnen hagen planten en zo een diversiteit van vogels en insecten aantrekken die ons helpen zodat er geen plagen ontstaan.
Een gouden regel voor de planning en aanleg:
Hou het klein en hou het gevarieerd.
(Vrije vertaling uit ‘Permaculture. A Designer’s Manual’ van Bill Mollison)