Permacultuur en Wereldbeeld

Zonder het misschien te beseffen heeft iedereen een wereldbeeld, d.w.z. een algemeen beeld of idee over de wereld waarin we leven. Dat wereldbeeld, ook paradigma genoemd, is cultuur– en tijdsgebonden en hangt meteen ook samen met een waardensysteem.

Vanaf de 17de eeuw tot ergens midden in de 20ste eeuw heeft het paradigma van het mechanistische wereldbeeld geheerst of het lineaire paradigma: orde, voorspelbaarheid, reductionisme, determinisme, oorzaak-gevolg zijn daarvan kernwoorden. De wereld werd gezien als een volmaakte machine, bestuurd door exacte wiskundige wetten. Was er een probleem dan kon dat gerepareerd worden zoals je een mechanische klok kon herstellen door een stuk te vervangen.

Descartes vergeleek dieren met ‘een uurwerk(…) bestaande (…) uit radertjes en veren’ evenals het menselijk lichaam: ’ Mijn denken…vergelijkt een zieke man en een slecht gemaakt uurwerk met mijn voorstelling van een gezonde man en een goed gebouwd uurwerk’.*   Copernicus, Galileo, Newton zijn nog enkele anderen die deze visie verder uitgebouwd hebben. Dit wereldbeeld heeft een beslissende invloed gehad op alle wetenschappen, ook op biologie, geneeskunde en psychologie.

In de loop van de 20ste eeuw is het mechanistische wereldbeeld beginnen wankelen. Er waren steeds meer feiten en gebeurtenissen die niet verklaarbaar waren volgens de bestaande wetten. Steeds meer negatieve effecten, verbonden aan dat wereldbeeld, doken op. De groei die het mechanistische wereldbeeld had meegebracht begon steeds meer schaduwen af te werpen. ‘Twee ontwikkelingen binnen de fysica, die hun hoogtepunt en in de relativiteitstheorie en de kwantummechanica vonden, hebben de voornaamste begrippen van de Cartesiaanse wereldbeschouwing en de Newtoniaanse mechanica aan scherven geslagen.’ *

De overgang van het ene wereldbeeld naar het andere verloopt echter niet zonder slag of stoot. Aan de ene kant gaan de aanhangers van het oude wereldbeeld in de verdediging en maken nieuwe visies belachelijk, aan de andere kant is het nieuwe wereldbeeld nog niet duidelijk, verschillende theorieën duiken op die in dezelfde richting gaan maar men is nog zoekende.

Op dit ogenblik zitten we nog altijd in een overgangsperiode. Dat er een verschuiving gaande is, wordt steeds duidelijker. Steeds meer mensen voelen zich niet meer goed in het oude wereldbeeld maar men voelt zich nog altijd op glad ijs. Er ontstaan verscheidene theorieën, de ene komt, de andere gaat, maar altijd is er een gemeenschappelijke grond. Die gemeenschappelijke grond is ‘het besef dat alle verschijnselen, – natuurkundige, biologische, psychologische, sociale en culturele—wezenlijk verbonden en onderling afhankelijk zijn.’ *

In 1960 was de meteoroloog Lorenz met een probleem van weersvoorspelling bezig. Hij ontdekte dat een minuscuul klein verschil in startgegevens een totaal verschillend resultaat oplevert. Dit effect is bekend geraakt als ‘vlindereffect’. Het verschil in de startgegevens is zo klein dat het kan vergeleken worden met een vlinder die met de vleugels fladdert.  Het fladderen van een vlindervleugel vandaag wijzigt een heel klein beetje de toestand van de atmosfeer. Maar na enige tijd verschilt het resultaat enorm. Bijvoorbeeld: in de tijdspanne van enkele maanden, zou een tornado die normaal de Indonesische kust zou hebben vernietigd, er niet komen. Of misschien zou er een die niet zou ontstaan zijn, nu juist wel ontstaan.

Ook soms kort vermeld als ‘een vlinder die zijn vleugels beweegt in Beijing, veroorzaakt een tornado in New York’. Dit effect is bekend als gevoelige afhankelijkheid van de beginsituatie. Kleine veranderingen kunnen resulteren in drastische wijzigingen van het systeem.

Het begin van deze Chaostheorie, zoals ze nu genoemd wordt, was schoorvoetend maar in de jaren tachtig kregen we er stilaan meer van te horen. De naam ‘Chaostheorie’ heeft te maken met het feit dat de verschijnselen die beschreven worden ‘chaotisch’ lijken maar telkens weer steunen op onderliggende ordelijke patronen: een ordelijke wanorde.

Het is een nieuwe wetenschap die zich aan het ontwikkelen is en die een verklaring geeft voor verschijnselen die willekeurig schijnen te zijn. Maar het willekeurige is slechts de oppervlakte. Als je dieper gaat kijken, is er een orde of patroon dat steeds terugkeert. Dergelijke patronen zijn bv. spiralen, lemniscaten.

Vooral in de jaren ‘80 van de vorige eeuw waren er publicaties die de eerste stappen van de Chaostheorie naar voor brachten. Fritjof Capra beschreef het nieuwe wereldbeeld dat uit de nieuwe natuurkunde of kwantumfysica naar voor kwam als organisch, holistisch en ecologisch. We kunnen het heelal niet langer opvatten als een machine die uit een veelheid van onderdelen is samengesteld, maar moeten het ons voorstellen als een ondeelbaar, dynamisch geheel waarvan de onderdelen een wezenlijk onderling verband hebben en slechts kunnen worden begrepen als de patronen van een kosmisch proces.’

Deze ecologische visie wordt ondersteund door de moderne wetenschap maar is volgens Capra vooral geworteld in een kijk op de werkelijkheid die verder gaat dan het wetenschappelijke raamwerk en die gericht is op de fundamentele eenheid van alle leven.

Hij schrijft: ‘Diepe ecologie ziet de wereld niet als een verzameling geïsoleerde objecten maar als een netwerk van verschijnselen die onderling afhankelijk en fundamenteel verbonden zijn. Ze erkent de intrinsieke waarde van alle levende wezens en ziet de mensheid als slechts 1 draad in het levensweb. Bovendien is diep ecologisch bewustzijn uiteindelijk een vorm van spiritueel of religieus bewustzijn.’

(wordt vervolgd)

* ‘Het Keerpunt’ Fritjof Capra, 1982, ISBN 90 254 6522 6


Deze blog is geschreven door Frank Anrijs (Yggdrasil)

Plaats een reactie